Sommige breinen zijn extra bijzonder. Zoals die van "Mees". Een jongen die zichzelf overschat. Volgens zijn moeder en zijn meester dan.
Hij mag een vervoersmiddel kiezen om de komende tijd aan te gaan werken. Lastig om te kiezen, vindt hij en hij wil er de komende week even over nadenken. Prima natuurlijk. De volgende les vertelt hij dat hij éígenlijk het liefst een amfibievoertuig wilde kiezen, maar in overleg met zijn moeder gaat hij toch voor de tractor.
Mees (natuurlijk niet zijn echte naam) zit in groep 7. Behalve bij lezen doet hij het op school prima: hij heeft voor alles zevens op zijn rapport en voor rekenen zelfs een negen. Technisch lezen is net wat minder; hij heeft AVI E6 nét gehaald. Zonder fouten, dat wel. En begrijpend lezen vindt hij echt heel lastig.Hij houdt eigenlijk best van lezen en hij leest ook uit zichzelf. Zijn moeder haalt boeken voor hem uit de bieb en die vindt hij vaak wel leuk. Hij wil eigenlijk wel wat "moeilijkere" boeken lezen, maar hij mag van school niet hoger dan AVI M7 lezen."Goh'" zeg ik, "als je liever het amfibievoertuig wilt kiezen, waarom doe je dat dan niet?"
"Mijn moeder denkt dat dat te moeilijk is," antwoordt Mees. "Ze had een paar boeken gevonden over veschillende voertuigen, maar die letters waren klein en er stonden veel moeilijke woorden in."Ik loop even naar zijn moeder, die op hem wacht tot Mees klaar is met de les en vraag haar of het klopt wat Mees aan mij vertelde."Klopt!" zegt ze. "Weet je, hij overschat zichzelf altijd met het lezen. Hij wil boeken lezen die veel te moeilijk zijn voor hem. Dat mag niet van zijn meester. En ik wil vooral dat hij niet gefrustreerd raakt door te moeilijke boeken."Ik zeg dat ik dat wel begrijp, maar dat ik er toch net iets anders tegenaan kijk. En ik vraag of ze het goed vindt dat we tóch bezig gaan met de amfibievoertuigen. Ik beloof haar dat het Mees niet zal gaan frustreren.Natuurlijk vindt de moeder het goed en Mees en ik gaan aan de slag.
Ik zie een super enthousiaste jongen, die leest over zeswielaandrijving, over stoomkracht en laadvermogen, over de Terrapin, prototypes en de relatie met kikkers."Weet je dat het eerste amfibievoertuig al in 1805 is bedacht? Een man maakte wielen onder zijn stoomboot, haha!" Mees leest, begrijpt, verbindt en geniet. Geen frustratie te bekennen. En zéker geen kind dat zichzelf heeft overschat. Ik zie wél een kind dat onderschat werd door zijn meester en door zijn moeder. Een kind dat in zijn hoofd veel beter kan lezen dan hardop.
Samen kwamen we erachter dat hij teksten echt prima begrijpt, maar dat hij de vragen niet nauwkeurig genoeg leest. Het probleem zit bij hem dus helemaal niet in het begrijpend lezen, in tegendeel.
We zijn samen bezig gegaan met het echt lezen van de vragen: hoe hij kon controleren of hij de vraag goed snapte en hoe hij het antwoord kon vinden.
Mees was bij elke tekst eigenlijk vooral bezig met zijn eigen leesdoel: het opslurpen van informatie. Dat is natuurlijk fantastisch, want uiteindelijk is dat wat we willen bereiken met het lezen! Maar als er vragen gesteld worden over een tekst, zoals in de begrijpend leesles of in een toets, dan is het doel op dat moment toch net iets anders, namelijk: het goed kunnen beantwoorden van vragen. En omdat hij dat in zijn schoolse leven nog heel vaak zal moeten kunnen, is het wel de moeite waard om dit goed aan te pakken.
Daarom zijn we het controleren vooral op die situaties gaan oefenen. We hebben vragen bij teksten gelezen, gevisualiseerd, geanalyseerd en beantwoord. We hebben zelf vragen verzonnen bij teksten en antwoorden geformuleerd.Ik heb school en moeder geadviseerd hem zelf boeken te laten kiezen die hij wil lezen, en daar het AVI niveau geen rol in te laten spelen.
Mees ging hard vooruit en liet trots zijn rapportcijfer voor begrijpend lezen zien. Zijn zeven=en-een-half stond prachtig tussen de andere cijfers.